Pages

maandag 20 oktober 2014

Alexander Münninghoff over De stamhouder, VPRO-Boeken, 19 oktober 2014



Journalist schrijft over zijn duizelingwekkende familieverleden

De stamhouder van voormalig journalist van de Haagse Post en Sovjet-Unie correspondent Alexander Münninghoff (1944) gaat over zijn familie. Eerder schreef Münninghoff een biografie zowel over de schaker Hein Donner als over Max Euwe. Hij is zelf geen onverdienstelijke schaker want haalde zelfs drie keer een remise tegen Karpov.

Wim Brands zegt dat hij zich in de schaakwereld kon terugtrekken.
Münninghoff beaamt dat schakers escapisten zijn die zich graag terugtrekken in een parallelle wereld. Hij kon daarin vanaf zijn twaalfde jaar ontsnappen aan zijn familie.

Brands vat de vele complexe levensfeiten uit zijn echte wereld kort samen. De opa van Münninghoff deed zaken in Letland en kwam in de oorlog met een Russische vrouw terug naar Nederland. Hij spioneerde voor de geallieerden en deed zaken met de Nazi’s. Zijn vader groeide op in Letland en ging later bij de Waffen SS. Hijzelf ging met zijn moeder naar Duitsland maar werd door zijn opa weer ontvoerd naar Nederland. Brands vraagt wanneer Münninghoff op het idee kwam om een boek te schrijven over deze krankzinnige familiegeschiedenis.
Münninghoff vertelt dat dood van zijn vader in 1990 de aanleiding hiervoor was. Hij stierf aan lager wal en liet twee dozen met documenten na: een over de processen die hij had meegemaakt, een ander over een jonge Duitse vrouw die beweerde dat zij zijn dochter was en hem afperste, hetgeen zijn vader een vermogen kostte.

Brands is geïmponeerd door de familie waarin veel geld omging, terwijl hij met zijn moeder in Duitsland op zwart zaad zat.
Münninghoff antwoordt geheel in stijl dat het boek, waaraan hij vijftien jaar werkte, hem heeft geleerd dat een dubbeltje raar kan rollen. Het heeft zijn roze kijk op zijn vader weggenomen. Hij ontdekte dat zijn vader nooit van hem hield.  

Brands komt terug op de opa, die hij een sluwe opportunist noemt omdat hij van twee walletjes at. Hij gaf geld aan Juliana waarmee wapens gekocht konden worden en verkocht met zijn andere hand motoren aan Duitsland. Zijn vader zat in Oss in een katholiek internaat voordat hij naar de Waffen SS ging om zijn jeugd weer terug te krijgen. Toen zijn vader in de problemen kwam en in Scheveningen in de gevangenis belandde, haalde de grootvader van Münninghoff hem er weer uit. De grootvader stond in een goed blaadje bij de katholieken omdat hij had beloofd dat hij in Riga een kerk zou bouwen als hij van kanker zou genezen, hetgeen ook gebeurde.

Omdat het Brands duizelt, keert hij terug naar Münninghoff zelf, die ooit door zijn grootvader ontvoerd werd.
Münninghoff zegt dat zijn opa hem terug wilde hebben omdat zijn kleinzoon stamhouder was. Het was zijn redding. Anders was hij een Duitser geworden en hij is toch liever Nederlander. De ontvoering leek op een maffiafilm. Hij kwam netjes gekleed aan bij zijn familie in Vught. Daardoor zag hij echter achttien jaar lang zijn moeder niet. Omdat hij haar toestemming nodig had om te trouwen ging hij met zijn aanstaande vrouw naar haar toe. Dat was rampzalig. Ze was getrouwd met een dikke stofzuigerverkoper die overigens verdienstelijk kon pingpongen.

Brands vraagt wat de wisselende geldstromen met hem gedaan hebben.
Niets was voorspelbaar, zegt Münninghoff. Hij moest het familieverhaal opschrijven omdat de werkelijkheid, zoals altijd, niet eenduidig was. Het meest onbegrijpelijke van zijn familie vond hij dat zijn vader in Oss opeens Nederlander moest worden. Het maakte dat hij later een haat koesterde tegen alles wat Nederlands was. Na de oorlog wilde hij net zo rijk worden als zijn vader maar dat lukte niet.

Brands vraagt of hij zich door zijn ervaringen beter kon redden in de wereld.
Münninghoff zegt dat hij altijd onafhankelijk bleef. In het conflict in Oekraïne zou hij zelf naar de andere kant van de waarheid zoeken.

2 opmerkingen:

  1. Dank voor de tip. Münninghoff zat zo'n 30 jaar geleden tegenover mij gedurende een aantal snelschaakpotjes in een schaakcafé, toen ik nog dreigde een subtopper te worden, maar het gesprek wat zich daarna tussen ons ontspon was interessanter. Boeiend verteller over het Nederland van destijds. Van wat hierboven geschreven staat in 'De stamhouder' wist ik niets. Ga ik lezen.

    BeantwoordenVerwijderen