Pages

woensdag 3 september 2014

Filmrecensie: Disgrace (2008), Steve Jacobs



Cynische professor doorloopt een moeilijke leerschool

Het was voor mij zeer de vraag of de aangrijpende roman Disgrace (1999), in Nederland uitgebracht als In ongenade, wel verfilmd moest worden. De krachtige taal en de beelden van het drama die op het netvlies getoverd werden, weerhielden me lang om de film te zien, maar tenslotte kwam ik er niet onderuit en werd getroffen door de kracht van de film die het boek zeker evenaart. Dat komt door de bijzonder heldere beelden, de passende muziek (Nabucco!) en nog meer door de hoofdrol die gespeeld wordt door John Malkovich. Met zijn wazige blik, zijn lijzige spraak en zijn sensibiliteit gepaard gaande aan cynisme of wanhoop weet hij de sfeer uit het boek van John Coetzee treffend over te brengen.

Disgrace gaat over de verhoudingen in Zuid-Afrika na de apartheid. Het land moet zichzelf weer opnieuw uitvinden, de verhouding tussen blank en zwart moet opnieuw worden bepaald.
Professor David Lurie uit Kaapstad ondervindt dit aan de lijve. Hij geeft les in poëzie en heeft ook interesse in vrouwelijke schoonheid. Na de scheiding van zijn vrouw heeft hij contact met een escortdame, die hem echter op afstand houdt. Lurie kan echter niet zonder een vrouw aan zijn zijde. Tijdens zijn colleges valt zijn blik op de knappe Melanie Isaacs, die zijn toenadering met de nodige afstandelijkheid begroet, maar hem tegelijkertijd ter wille is. Het blijkt dat ze een vriend heeft die niet blij is met de avances van Lurie. Hij bedreigt hem en vernielt de voorruit van de auto van Lurie. Bovendien moet Lurie, als de verhouding eenmaal openbaar geworden is, voor een commissie verschijnen die precies van hem wil horen hoe hij over de zaak denkt. Lurie weigert echter om zijn beweegredenen naar buiten te brengen en krijgt ontslag.

Hij ontvlucht Kaapstad en gaat naar het platteland waar zijn dochter Lucy na het vertrek van haar vriendin alleen met haar waakhonden woont. Ze verdient, geholpen door de zwarte bediende Petrus die steeds meer invloed krijgt op de onderneming, de kost met het verbouwen van groente en het kweken van bloemen en verkoopt die op de markt. Haar oudere vriendin Bev runt een dierenkliniek. Lurie voelt zich duidelijk niet op zijn gemak in deze situatie. Dierenliefhebbers ziet hij als een soort christenen die alleen maar opgewekt doen en de schaamteloosheid van Petrus kan hij moeilijk zetten. Als die met een biertje op de bank naar voetbal gaat kijken, vlucht Lurie de kamer uit.

Het onheil slaat toe als ze na een wandeling met de honden overvallen worden door drie jonge zwarten. Terwijl Lurie in de w.c. wordt opgesloten, wordt Lucy verkracht en de honden gedood. Lurie mag nog van geluk spreken dat hij er levend van af komt. Voor hun vertrek sprenkelt een van de verkrachters een brandbare vloeistof over hem heen en werpt hem vervolgens een lucifer toe. Te nauwer nood weet Lurie de vlammen te doven met water uit de toiletpot. Lucy gedraagt zich koelbloedig en haalt hulp.   

Terwijl Lucy het leven zo goed als kan hervat, blijft Lurie op zijn hoede. Hij verdenkt Petrus, die tijdens de overval afwezig was, van medeplichtigheid en inderdaad blijkt een van de overvallers een familielid van hem. Tijdens een feestje vanwege de landoverdracht aan Petrus zit de jongen nota bene gewoon bij het kampvuur. Lurie wil de politie bellen, maar Lucy belet hem dit. Ze is zwanger en wil de nieuwe verhoudingen accepteren. Lurie kan dit niet en heeft nog een lange weg te gaan, wat dit betreft, waarbij ook een serieuze schuldbetuiging aan de ouders van Melanie een onderdeel is. 

Door dit aangrijpende verhaal heen horen we op een ongedwongen wijze van alles over de verhouding tussen zwart en blank, dier en mens, cultuur en natuur.

Hier de trailer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten