Pages

dinsdag 14 januari 2014

Rob Riemen over De universiteit van het leven, VPRO-Boeken, 12 januari 2013



Nogal vrijblijvend gesprek over de zin van het leven

Filosoof Rob Riemen (1962), directeur van het Nexus-instituut, is een beschaafde man, die ook uiterlijk wel overeenkomsten vertoont met Pim Fortuyn. Hij heeft ten jaar lang theologie gestudeerd maar boekenwijsheid, zo ontdekte hij, is ook niet alles. Hij richt zich tegenwoordig op levenswijsheid. Zijn boek De universiteit van het leven is daar een uitdrukking van. Hij interviewde negentien personen, vaak bekend met het Nexus-instituut, die hun sporen hebben verdiend op het gebied van wetenschap, muziek of literatuur over hun leven en wat ze daarin geleerd hebben. 

Riemen is zelf niet intellectueel opgevoed. Zijn moeder zat in een jappenkamp en zijn vader Toon, die hij ook geïnterviewd heeft, was een vakbondsman. Hij vond het een voorrecht om te mogen studeren, maar vroeg zich, in navolging van zijn moeder die veel levenswijsheid bezat, af wat anderen van het leven geleerd hadden.

Hij noemt Jordi Savall, een barokmusicus, die opgroeide in een arm gezin en moest meehelpen om de kost te verdienen omdat zijn vader gewond raakte in de Spaanse burgeroorlog. In de fabriek leerde hij organiseren. Op de middelbare school hoorde hij een zangkoor en wist meteen dat hij iets met muziek wilde doen. Hij vertelde over een ervaring, waarbij hij de weg kwijt was en die aan een ander vroeg, dat hij geleerd had dat ieder mens gelijkwaardig is.

Wim Brands herkent in het verhaal de passie die nodig is om iets te bereiken.
Riemen vertelt dat hij een goed humeur kreeg tijdens het werken aan dit boek omdat zijn gespreksgenoten vaak autodidacten waren die in hun leven veel tegenslag moesten overwinnen. Hij leerde van de gesprekken dat er altijd tragiek in het leven is en dat men daar toch iets mee kan doen. Door uit de pas te lopen en de eigen passie te ontdekken geeft men zin aan het bestaan. De vader van Peter Mayer was handschoenhandelaar en wilde dat zijn zoon ook een praktisch beroep koos, maar Peter begon een uitgeverij. Hij gaf, ondanks doodsbedreigingen, De Satanic Verses van Salman Rushdie uit. Philippe de Montebello, directeur van het Metropolitan Museum of Art in New York, kwam uit een aristocratische familie, maar koos er zelf voor wat hij in zijn museum ophangt. Levenswijsheid vereist openstaan. Boeken kunnen daarbij helpen, door te waarschuwen om bepaalde paden niet in te slaan.

Brands zegt dat het vaak verlieservaringen zijn die levenswijsheid brengen. 
Riemer noemt Avishai Margalit, een Israëlisch filosoof, die zijn vrouw verloor maar niet in de put raakte. Niemand ontsnapt aan moeilijkheden en verlieservaringen. Zelf verloor Riemer zijn broer, Johan Polak, die een goede vriend van hem was en zijn eerste vrouw, toen hij nog maar net aan het begin van zijn leven stond. Hij realiseerde zich dat de kunst van het leven heel wat anders was dan boekenwijsheid. Het gaat erom, net als Spinoza schreef, de ellende te accepteren en er iets aan te doen.

Achteraf bleef ik toch zitten met wat vragen over dit gesprek. De voorbeelden die Riemer gaf, waren nou niet meteen opzienbarend. Wat heeft zo iemand nou echt te zeggen? Wat is zijn referentiekader? Het leek oude wijn die in net eens nieuwe vaten geschonken wordt. Het bleef te particularistisch naar mijn gevoel. Dat had misschien voorkomen kunnen worden als Brands gevraagd had naar het interview met de vader van Riemer. Een gemiste kans.  



Geen opmerkingen:

Een reactie posten