Pages

vrijdag 2 november 2012

Louise Fresco over Hamburgers in het paradijs, Gesprek op 2, 28 oktober 2012


Voedsel in tijden van schaarste en overvloed

Paul Rosenmöller houdt het meesterwerk over voedsel, zoals hij het noemt, voor de camera en vraagt welke verleiding Louise niet kan weerstaan. Dat blijkt brood met olijfolie. Verleiding is te voorkomen door voedsel buiten handbereik te zetten. Onze behoefte eraan heeft te maken met de schaarste waar we uit vandaan komen.

Op de vraag van Rosenmöller waar haar passie voor voedsel vandaan komt, antwoordt Louise dat ze vanuit een soort Albert Schweitzer-gevoel tropische landbouwkunde in Wageningen ging studeren. Ze komt uit een wetenschappelijk gezin, haar vader doceerde filosofie. Haar keuze was ongebruikelijk. Ze werkte voor de wereldvoedselbank in Italië en overzag het voedselprobleem.

Ze at laatst een vegetarische hamburger, die, zegt Rosenmöller, in het boek de ultieme metafoor voor verleiding wordt genoemd. Louise zegt dat de kritiek erop inmiddels geïncorporeerd is. Tegenwoordig staan hamburgers in dure zaken op het menu. Een mooie rode draad voor haar boek.

Louise pleit voor matiging. Evolutionair gezien is er een ingebouwd mechanisme in de maatschappij. De kerk kende 166 vastendagen, hindoes eten geen rundvlees, de oude protestanten maakten het reguleren van voedselinname overbodig. De verantwoordelijkheid voor de consumptie is overgegaan naar de overheid en vervolgens naar het individu. Dat staat nogal alleen in beslissingen over eten. In de opkomende economieën is de middenklasse te dik.

Rosenmöller hoort weinig over het probleem vanuit de politiek. Louise denkt dat dat nog wel komt. Er is een ongemak over de overvloed. Dertig tot veertig procent van het voedsel wordt door de consument weggegooid. De consument vraagt om kwalitatief goed eten. Dat kan door een duidelijke etikettering, die, anders dan de huidige wirwar aan keurmerken, gezonde en duurzame producten het meest verleidelijk maakt. 

Louise zou het liefste zien dat voedsel en milieu een schoolvak wordt. Het is een wonder dat we tegenwoordig zoveel keuze hebben, dat vraagt om respect voor de voedselketen.
Rosenmöller stelt dat Louise ook kritiek heeft op de biologische landbouw omdat die meer oppervlakte vraagt. Alles is ingewikkeld, zegt ze, een foute keuze bestaat niet, kennis doet meer genieten. Zelf leest ze de etiketten en doet haar inkopen bij diverse winkels: buurtwinkel, supermarkt, biologische winkel, markt. Het gaat om verschillende doelen, om het patroon.

Rosenmöller begint over de voedselparadox: we hebben de honger uitgebannen, maar het overgewicht neemt toe. Volgens Louise doen overheden al het nodige. Stimuleren ze het traplopen. Ook is het belangrijk de kennis van kinderen te vergroten. Rosenmöller vraagt zich af of het uitbannen van reclame voor kinderen niet de verleiding zal aanwakkeren. Volgens Louise dienen verboden geïnternaliseerd te worden, maar men moet de mensen ook helpen. Ook simpel eten kan verleidelijk zijn.

Rosenmöller vraagt waar de prioriteit voor nieuw voedselbeleid moet liggen. Volgens Louise moeten de politieke partijen meer aandacht aan het probleem besteden en de overheid moet op verschillende niveau’s de bewustwording aanwakkeren, bijvoorbeeld door het stimuleren van straatmaaltijden, waarbij recepten worden uitgewisseld en gedeeld. Louise zegt dat het bedrijfsleven en de boerenstand voor lopen op de overheid. Kennis over voedsel is een belangrijk exportproduct. Zelf wil ze geen minister worden in het nieuwe kabinet.   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten